Standpunt 1:
Dat zelfstandig ondernemers in de zorg bestaan is niet voor niets
Zorgprofessionals lopen aan tegen te weinig zeggenschap, echte inspraak en te weinig invloed kunnen uitoefenen over hun eigen werkzaamheden. Er is te weinig regie op de werk-prive balans en zorgprofessionals lopen steeds harder tegen een loonkloof aan. Deze loonkloof bestaat al sedert 1999. In vergelijking tot leraren verschillen vergelijkbare functies in opleiding en ervaring tussen de 1000 en 2000 euro bruto. De huidige cao verhogingen vergroten de kloof alleen maar. Voormalig minister van VWS Hugo de Jonge heeft erkend dat de kloof er is, maar tot nog toe wordt deze vanuit de politiek niet gedicht.
De inzet van zorgprofessionals binnen zorginstellingen wordt steeds meer centraal geregeld. Er wordt centraal geroosterd, er is nagenoeg geen ruimte meer voor roosterwensen van individuele zorgprofessionals. Het gevoel dat men leeft om te werken staat steeds meer op de voorgrond in plaats van dat men werkt om te leven. Dit is een reden om de regie over de balans tussen werk en privé meer in eigen hand te nemen.
De laatste jaren verlaten gemiddeld maandelijks 25000 zorgprofessionals voor hun pensioen de zorg. Slecht 2.500 van hen (10%) blijft voor de zorg behouden, door als zelfstandig ondernemer in de zorg verder te gaan. Bovenstaande is daar doorgaans de oorzaak van. Politici, zorgaanbieders en zorgverzekeraars doen er goed aan om ervoor te zorgen dat zorgprofessionals werkomstandigheden en beloningen krijgen die het voor hen haalbaar, aantrekkelijk en interessant maken om in de zorg te blijven, al dan niet in loondienst.
1
2
Standpunt 2:
Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden
Minister van Gennip heeft haar concept “Wet Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden” opengesteld voor een internetconsultatie. Naar het standpunt van VZOZ een overbodige en zelfs zeer schadelijke wet. Het is totaal onduidelijk voor welke probleem deze wet een oplossing zou moeten zijn. Deze wet is wederom een voorbeeld van hoe de politiek tegenwoordig haar burgers dingen oplegt, de burgers in een door hen bepaald keurslijf dwingt. Terwijl ze ervoor is om burgers te dienen.
Voor VZOZ is het duidelijk dat de toename van zelfstandige ondernemers in de zorg een duidelijke oorsprong heeft. Er bestaat al jarenlang een loonkloof, die de afgelopen kabinetten weigerden te dichten. De loonongelijkheid met bijvoorbeeld het onderwijs is schrikbarend groot. Zorgprofessionals hebben het in deze tijd zelfs lastig om financieel rond te komen, ook tweeverdieners. Het gebrek aan eigen regie geeft zoveel druk dat velen kiezen om dit terug te pakken en zijn zelfstandig gaan ondernemen. De politiek zou er naar de mening van VZOZ goed aan doen om daar de aandacht en energie op te richten, in plaats van het veroorzaken van een zorginfarct.
Uit onderzoeken blijkt dat meer dan de helft van de bijna 200.000 zelfstandig ondernemende zorgprofessionals de zorg uit zullen gaan wanneer ze gedwongen zullen worden om hun werk in vast dienstverband te moeten gaan doen. Dat betekent dat meer dan 100.000 zorgprofessionals tegelijkertijd de zorg zullen verlaten, met een zorginfarct van ongekende proporties tot gevolg.
Welke probleem moet deze wet nu eigenlijk oplossen? De minister lijkt met deze wet de ‘schijnzelfstandigheid’ tegen te willen gaan. De wet voorziet al ruimschoots in mogelijkheden hier controle op uit te voeren. De door de minister voorgestelde wet gaat als een olifant door de zelfstandig ondernemende porseleinkast en is een potentieel gevaar voor maatschappelijke schade. Verder ziet de minister moeilijkheden voor het huidige socialezekerheidsstelsel. Veel ondernemers hebben geen AOV en dragen geen sociale premies af. De nieuwe wet voorziet hierin trouwens ook niet. Wellicht kan de minister met de betrokken ondernemers in gesprek over wat ervoor nodig is om ondernemers te motiveren zich te gaan verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid en op welke manier zij kunnen bijdragen aan sociale zekerheid. Wij als VZOZ gaan daarover graag met de minister in gesprek.
Zo wil VZOZ ook graag in gesprek met betrokken bewindslieden over het fiscale kader in wording. Met zes brancheorganisaties in de zorg, minister van SZW, minister van LZ&S en de staatssecretaris van Financiën wordt gewerkt aan een fiscaal kader voor zelfstandig ondernemende zorgprofessionals. VZOZ zou graag zien dat er een duidelijk kader komt. Dit zou ruim voldoende moeten zijn om de spelregels voor ondernemen binnen de zorg te borgen en werkbaar te houden zodat ondernemers voor eigen rekening en risico kunnen ondernemen.
Tot slot zegt de Europese grondwet dat de vrijheid van ondernemerschap gewaarborgd dient te zijn. De voorgenomen wet zoals deze er nu ligt druist tegen dit grondrecht in.
Standpunt 3:
Zelfstandig ondernemers in de zorg zijn nog niet onafhankelijk betrokken bij het fiscaal kader
Zoals het er nu op lijkt stuurt men (Nederlandse GGZ, NFU, NVZ, VGN, ZorgthuisNL, Actiz, Staatssecretaris van Financiën, Minister SZW en Minister LZS) er op aan op dat zelfstandig ondernemers in de zorg opdrachten voor maximaal 7 maanden mogen aannemen. Verder mogen de zelfstandig ondernemers in de zorg maar 28 uur per week werken binnen die opdracht. Voor VZOZ onacceptabel. Wij willen voor eigen rekening en risico ons werk kunnen doen, het helpt ons, de opdrachtgever en de (continuïteit van) de zorg niet om deze restricties aan te brengen. Dat geldt ook voor de restrictie dat de zelfstandig ondernemers in de zorg niet meer dan 70% van hun jaarlijkse omzet van één opdrachtgever mogen genereren. VZOZ heeft bij het ministerie van VWS navraag gedaan wat de stand van zaken van het fiscaal kader is en op welke wijze zelfstandig ondernemers in de zorg zelf betrokken zijn bij de ontwikkeling van het fiscaal kader. Gezien het feit dat er geen formele en legitieme vertegenwoordiging bestond tot de oprichting van VZOZ, zijn wij heel benieuwd naar het antwoord. VZOZ vind dat het ‘not done’ is om wet- en regelgeving te formuleren zonder dat diegene waar het over gaat hierbij gehoord en betrokken worden. Wellicht ligt de oorzaak hiervan in dat er tot voor kort geen representatieve vertegenwoordiging van zelfstandig ondernemers in de zorg is geweest, maar die tijd is voorbij. VZOZ is er en eist haar plek aan tafel op.
3
4
Standpunt 4:
Onafhankelijke belangenbehartiging is de enige optie
We vinden het belangrijk dat de zelfstandig ondernemer in de zorg zelf een stem krijgt. Ondernemers in de zorg die samen met andere ondernemers in de zorg via een onafhankelijke vereniging een gezamenlijk geluid laten horen. VZOZ wil kunnen zeggen waar het op staat, zonder rekening te moeten houden met commerciële belangen.
VZOZ vind dat het ‘not done’ is om wet- en regelgeving te formuleren zonder dat diegene waar het over gaat hierbij gehoord en betrokken worden. VZOZ is er en eist haar plek aan tafel op.
VZOZ heeft zich voorafgaand aan de oprichting verdiept in hoe de belangenbehartiging van de zzp-er in de zorg in de zuiverste vorm kan worden bewerkstelligd. We hebben scherp gekeken naar wat wij zelfstandig ondernemers in de zorg belangrijk vinden.
Met de oprichting van VZOZ hebben we recht gedaan aan hoe onze achterban zichzelf graag vertegenwoordigd ziet. Hiermee lopen zelfstandig ondernemers in de zorg geen gevaar meer om door pseudo-belangenbehartigers te worden vertegenwoordigd. Daarnaast kiezen de leden middels de Algemene Leden Vergadering (ALV) hun bestuur en bepalen ze hun eigen koers, standpunten en strategie.