Verklein de afstand tussen de politiek en de werkvloer

Afgelopen woensdag 6 maart debatteerde de Tweede Kamer met demissionair minister Helder en Dijkstra van VWS over het arbeidsmarktbeleid in de zorg. VZOZ heeft dit debat met aandacht gevolgd. Wat ons vooral opviel was de afstand tussen de politiek en de werkvloer.


Het echte probleem

Veel aandacht ging in het debat uit naar (het stimuleren van) instroom en administratieve lastenvermindering. In mindere mate ging het over behoud van de huidige medewerkers in de zorg en het voorkomen van uitstroom. Minister Helder leek te vinden dat zij de uitstroom in de zorg wel vind meevallen, ondanks dat de druk op de arbeidsmarkt in de zorg steeds verder oploopt. Voor de oorzaken van het personeelstekort werden onder meer diplomatiek ‘demografische veranderingen’ en ‘autonome groei’ aangewezen. Het is ruis die afleidt van het echte probleem: slecht werkgeverschap.

Zorgprofessionals moeten zich bezig houden met het zorgvak
In dit debat werd regelmatig gesproken over hoe met name de politiek denkt te weten hoe de administratieve lastenvermindering aan te vliegen om uiteindelijk het werkplezier van de zorgmedewerker te vergroten. Echter ziet VZOZ al een administratieve lastenvermindering op de werkvloer, maar gebaseerd op een verkeerde grondslag. Door een enorme personeelskrapte met als gevolg een toename in de werkdruk blijft er steeds vaker alleen nog maar tijd over voor het verlenen van basale zorg. De administratieve taken die bijdragen aan de continuïteit van zorg blijven achter. VZOZ vind dat er kritisch gekeken moet worden welke administratieve werkzaamheden zorgprofessionals terug moeten geven aan administratieve functies. Zorgprofessionals moeten zich bezighouden met het zorgvak en ondersteunende diensten moeten de (administratieve) taken uitvoeren die bij hun functie passen. Administratieve lastenverdeling wordt dan voor zorgprofessionals uiteindelijk vermindering van administratieve lasten, het verminderen van regeldruk en meer zeggenschap.

De overstap naar zelfstandig ondernemerschap is logisch
Het achterblijven van de salariëring oftewel de (stijging van de) loonkloof werd door verschillende Tweede Kamerleden aangehaald. Aan minister Helder werd de vraag gesteld: ‘Er staat ons niets in de weg om extra geld uit te trekken zodat de lonen in de zorg omhoog kunnen. Dat kunnen we doen, maar dat is een keuze. Is de minister bereid om die keuze te maken?’ Het antwoord van de minister: ‘Nee, dat doe ik niet’.

De afstand tussen politiek en werkvloer wordt niet kleiner, maar ondertussen wordt de uitstroom van zorgmedewerkers alleen maar groter. Door onder andere deze politieke keuze samen met slecht werkgeverschap wordt de overstap naar het zelfstandig ondernemerschap in de zorg logisch. De tevredenheid en het werkplezier van zzp’ers in de zorg is hoog en door de mogelijkheid te hebben om meer te werken kunnen zzp’ers in de zorg meer verdienen.

Zzp-schap is een laatste strohalm
De zelfstandig ondernemer in de zorg werd tijdens de onderwerpen regionaal werkgeverschap en het fiscaal kader zzp zorg benoemd. De minister ziet het regionaal werkgeverschap als een beter alternatief voor het zzp-schap. Desondanks zorgt regionaal werkgeverschap niet voor meer zorgpersoneel. VZOZ komt dan weer uit op de vraag: Voor welk probleem is dit nu een oplossing? De redenen dat zorgprofessionals aan de slag gaan als zzp’er is vaak, omdat het zzp-schap een laatste strohalm is. Alleen op die manier kunnen ze nog werken zoals ze dat willen. Met het fiscaal kader zzp zorg wil de minister schijnzelfstandigheid in de zorgsector beheersen, dit fiscaal kader wordt, na eerder uitstel, op dit moment verder uitgewerkt. Het fiscaal kader zzp zorg kan een snelle en constructieve route zijn naar een duurzame positie voor zelfstandig ondernemers in de zorg. De minister hoopt rond de zomer daadwerkelijk met het fiscaal kader zzp zorg naar buiten te treden.

Lid worden van VZOZ doe je via deze link.

Deel dit artikel

Dit artikel heeft ook in onze nieuwsbrief gestaan. Blijf op de hoogte.